En zo zijn we aangekomen bij de letter ‘v’. Niet zomaar de eerste de beste letter, beste mensen. Een mooie letter die in ons alfabet op de 22e plek staat (en in de alfabetcolumns zelfs op de 5e!) Een prestatie.
U begrijpt dat ik vanaf de ‘z’ al heb zitten wachten op dit moment. De ‘v’, eindelijk. En nu, ik kan het haast bijna zelf niet geloven, nu is het dan zo ver. Heeft u een kopje koffie in de aanslag? Met een ochtendsigaret daarbij, misschien? Of een droog Maria-kaakje, om heerlijk mee in de thee te soppen? Welnu, dan bent u er helemaal klaar voor. Ik ook, dus dat kan bijna niet meer fout gaan. De ‘v’.
Gaat mijn geestesoog langzaam mijn kast met cd’s eens af, dan kom ik bij de ‘v’ de meest prachtige muzikale werken tegen. Stevie Ray Vaughan, bijvoorbeeld. Die kom ik nergens anders tegen, dan bij de ‘v’! Geweldig. Behalve dan de plaat: Family Style, die hij samen met zijn broer heeft ingespeeld. Wat een apeslechte cd is dat, zeg. Ik zou hem eigenlijk uit mijn verzameling moeten gooien. Met een grote boog: hupsakee de Laan van Meerdervoort in Den Haag op, en dan door het open raam naar buiten schreeuwen. “Toe maar, beste automobilist. Rijdt er lustig overheen!!” Zo slecht is die cd. Dat is allesbehalve te wijten, natuurlijk, aan Stevie Ray Vaughan zelf. Zoveel is zeker. Waarom die plaat bestaat? Volgens mij weet niemand daar het fijne van. En ik ook niet. En nu heb ik er veel meer woorden aan vuilgemaakt dan ik van plan was. Bah! En dat tijdens deze column, nog wel. SRV behoeft geen verdere complimenten. Ten eerste omdat hij door de hele gitaarwereld (van beneden naar boven) wordt gezien als dé gitarist die eeuwig in de top-10 zal blijven staan en ten tweede omdat hij deze column toch niet zal lezen (dat ligt aan het feit dat een tragisch helicopterongeluk hem van het leven beroofde, en - niet onbelangrijk - dat hij de Nederlandse taal niet machtig was). Meneer Stevie Ray Vaughan, dat u voor altijd moge rusten in vrede in de gitaarhemel. Enne, geen plaatjes meer opnemen met uw broer, okay?
Prima. Verder nu. Dat gewauwel over Stevie Ray Vaughan en zijn mislukte broer komt me nu de strot wel uit. Beter gooi ik een verse koffie in mijn strot, want ik ben nog niet eens goed en wel begonnen. En ook mijn kleren moet ik nog aantrekken. Zo mijn nest uit en gaan zitten tikken. Het is toch wat.
Allen Vizzutti. Kijk, dat is nog eens een naam. Een Italiaanse Amerikaan die zo vreselijk hoog op zijn trompet kan blazen, dat er bijna niemand in de hele wereld is die hem dat na kan doen. En met hoog, bedoel ik ook hoog. Heeeeeel hoog. En alsof dat nog niet genoeg is om hem in alle jazz encyclopedieën te krijgen, toetert hij ook nog eens heel snel. Dubbel staccato in octaven. Ga er maar aan staan. Benieuwd, naar deze held? Zoekt u op YouTube maar eens naar Allen Vizzutti. Fire Dance is erg aangenaam. Bent u op zoek naar die dubbele staccato? Die staat er ook bij En duurt maar zeven seconden, dus wat let u?). Wordt u liever wat langer verwend? Bekijk en luister dan Nine Black Riders - Lord of the Rings, of Carnival Of Venice. Of allebei, natuurlijk! Allen Vizzutti. Geweldig.
En dan, want ik zie dat het bijna tijd is om er een einde aan te draaien, tot slot - ook bij de ‘v’ - Steve Vai. Maar ja, dat is natuurlijk een beroemdheid.
Vooruit, nog eentje, for old time’s sake. Vanity 6. Drie spannende dames uit de tijd van toen ik nog pas 12 was. Maar man! Dat zag er spannend uit. Nog steeds trouwens. Waar staat die cd? Oh ja, daar. Bij de ‘v’. Een schitterende letter. Die ‘v’.
- Fh.
No comments:
Post a Comment